Aan de andere kant - Epilepsieaanval bij Max

Al jaren loop ik rond met epilepsie. Kleine aanvallen, grote aanvallen. Thuis, in het openbaar, alleen, in het bijzijn van vrienden, van familie, van collega's. Periodes van semi-aanvalsvrijheid wisselde zich af met periodes waarin ik meerdere keren per week een vaatdoek was omdat de ene gegeneraliseerde aanval zich opvolgde door de andere. 

Heel vaak vroegen mensen hoe ik dat ervaarde zo'n aanval. En heel vaak zei ik grappend: 'Weet ik niet, ik was er niet bij.' En dat klopte ook. Ik was er niet bewust bij. Ben er niet bewust bij, want ik ben nog altijd niet aanvalsvrij. Mijn ogen gaan dicht, ze gaan open en ik bevind mij ergens anders. Met of zonder tongbeet, met of zonder natte broek, met of zonder toeschouwers of ziekenhuispersoneel. Is dat leuk? Nee natuurlijk niet maar het is de situatie. Eigenlijk begreep ik nooit zo goed waarom mensen om mij heen, mensen die om mij geven, soms zoveel emoties konden hebben. Verdriet, paniek, naar mijn gevoel overmatige bezorgdheid. 

Maar deze ochtend veranderde dat allemaal. Mijn hele visie veranderde door 1 gebeurtenis. Wij hebben een Engelse bulldog: Max. Schat van een beest voor ons maar een inbreker zal minder blij zijn. En dat schattige beest moest uitgelaten worden, zo werkt dat met honden. Wij gaan zelf naar de wc, een hond moet je aanlijnen en buiten laten. Maar we doen dat met liefde. Toen we Max nog niet zo lang hadden hebben we hem naar een oppas gedaan en die heeft hem het woord 'jasje' geleerd. Tot op de dag van vandaag is dat een woord dat hij nog steeds kent. Dat we ook nog steeds gebruiken om te laten weten dat we gaan wandelen. 

Dus riep ik 'Max, jasje?' en ik stond klaar met de riem. Max kwam naar mij toe, maar met dat ik hem ruimte gaf om naar me toe te komen liep hij achteruit. Enerzijds heel enthousiast om naar buiten te gaan, anderzijds heel overtuigd van niet te willen gaan. Hij verstopte zich onder het bureau, viel om, begon te schokken en liet urine lopen. Ondertussen kwam er nog een beetje speeksel uit zijn bek. 

In paniek en tranen riep ik Olivier. Ik stond te huilen, te shaken. Ik legde nog geen puzzelstukjes bij elkaar. Moederlijke bezorgdheid, als ik het nog niet kende dan ken ik het nu wel. Olivier zei heel chill: dat is een epilepsieaanval. En ook mijn schoonouders waren aan de buitenkant zo rustig als het maar zijn kon. Je zou bijna denken dat ze het vaker hadden meegemaakt. Daarom vroeg ik hen, is dat voor jullie ook zo als ik een aanval heb? Waarop Olivier en mijn schoonmoeder in koor 'ja' antwoordden. 

Aan alle mensen die ooit al eens ongerust waren, bang waren om met mij alleen te zijn, bang waren mij alleen te laten, bezorgd waren om ik die alleen ergens naar toe ging, naar een pretpark ging, een concert, laat opbleef... I get you now. Oh en Max? Met Max gaat het goed. Hij is nog een beetje moe, maar hij is weer enthousiast, hij eet, drinkt en knuffelt. 




 

Reacties

Populaire posts